Dutch 
English 
French 
German 
Russian 
Arabic 
Spanish 
Portuguese 
Uitlaatgastemperatuursensor – Hoe het werkt en wat er mis is gegaan
Door de steeds strengere emissiewetgeving worden uitlaatgastemperatuursensoren steeds populairder in modernere voertuigen. En omdat ze vaak defect raken, worden ze ook steeds vaker gebruikt voor reparaties. Hier leggen we uit wat een uitlaatgastemperatuursensor doet, waarom en hoe deze defect raakt, en hoe u deze kunt vervangen, zodat u kunt profiteren van deze snelgroeiende servicemogelijkheid met hoogwaardige, best practice reparaties.
Wat is een uitlaatgastemperatuursensor?
Zoals de naam al doet vermoeden, meet de uitlaatgastemperatuursensor de temperatuur van de uitlaatgassen. Deze informatie wordt vervolgens doorgegeven aan de motorregeleenheid of ECU wanneer passende maatregelen worden genomen. Bij benzinemotoren is de belangrijkste rol het beschermen van vitale componenten tegen de hogere temperaturen die vaak voorkomen bij motoren in het lagere segment. Als een sensor dus te hoge temperaturen detecteert, verlaagt de ECU de temperatuur door bijvoorbeeld de turbodruk voor een turbo te verlagen of de hoeveelheid brandstof die voor een katalysator wordt ingespoten te verhogen. Bij dieselmotoren worden uitlaatgastemperatuursensoren ook gebruikt om de temperatuur van het roetfilter (DPF) te bewaken om de juiste regeneratietemperatuur te bepalen en zo schadelijke emissies te verminderen. Het is niet ongebruikelijk dat er drie of meer sensoren op de uitlaat worden geïnstalleerd: één vóór de turbo, één vóór het DPF en de derde na het roetfilter.
Hoe werken uitlaatgastemperatuursensoren?
Er zijn twee soorten uitlaatgastemperatuursensoren: de ene heeft een positieve temperatuurcoëfficiënt (PTC) en de andere een negatieve temperatuurcoëfficiënt (NTC). Het enige verschil is de temperatuurmeting. De NTC-cel heeft een hoge weerstand bij lage temperaturen en een lage weerstand bij hoge temperaturen. Met andere woorden: de weerstand neemt af naarmate de temperatuur stijgt. In een PTC-cel, het meest voorkomende type, neemt de weerstand echter toe naarmate de temperatuur stijgt. In beide gevallen wordt de temperatuur van de ECU-weerstand bepaald en worden passende maatregelen genomen.
Waarom gaan uitlaatgastemperatuursensoren kapot?
Een van de meest voorkomende oorzaken van defecten aan uitlaatgastemperatuursensoren is blootstelling aan te hoge temperaturen – in sommige gevallen zelfs meer dan 900 °C – waartegen ze andere componenten beschermen. Zoals bij alle bedrade sensoren kunnen zware trillingen de interne verbindingen losmaken, en elke buiging of draaiing kan ervoor zorgen dat de draad breekt. Dit maakt ze bijzonder gevoelig voor schade bij het vervangen van andere onderdelen van het uitlaatsysteem. Deze factoren, samen met verontreiniging door andere vloeistoffen zoals olie of antivries, kunnen de responskarakteristieken van de sensor beïnvloeden, waardoor deze buiten de tolerantie valt en onnauwkeurige metingen geeft.
Wat zijn veelvoorkomende foutcodes bij uitlaatgastemperatuursensoren?
Veelvoorkomende foutcodes zijn:
- P0544: Uitlaatgastemperatuursensor, bank 1, sensor 1 – storing in circuit
- P0546: Uitlaatgastemperatuursensor, bank 1, sensor 1 – hoge ingang
- P2033: Uitlaatgastemperatuur bank 1, sensor 2 – circuit hoog
- P247A: Uitlaatgastemperatuursensor bank 1, sensor 3 – buiten bereik
- P0549: Uitlaatgastemperatuursensor, bank 2, sensor 1 – circuit hoog
- P2031: Uitlaatgastemperatuur bank 1, sensor 2 – storing in circuit
Houd er rekening mee dat PTC-sensoren vanwege hun ontwerp onjuiste informatie blijven doorgeven aan de ECU, zonder dat er een diagnostische foutcode wordt ingesteld.
Symptomen van een defecte uitlaatgastemperatuursensor?
Een defecte uitlaatgastemperatuursensor kan een negatief effect hebben op het nabehandelingssysteem van het voertuig, waardoor de volgende symptomen kunnen ontstaan:
- Motorstoringslampje: Wanneer de ECU een probleem met een sensor of signaal detecteert, gaat het motorstoringslampje branden.
- Lager brandstofverbruik: Als de sensor onjuiste spanningen afgeeft, kan het DPF-regeneratieproces langer duren, wat resulteert in een hoger brandstofverbruik.
- DPF-regeneratie vereist: Defecte sensoren kunnen ook onnodige regeneraties veroorzaken, wat ongemak oplevert voor de eigenaar van het voertuig.
- Mislukte emissietest: Een onjuiste waarde kan ervoor zorgen dat het EGR-systeem niet goed functioneert zonder dat er motorstoringslampjes gaan branden. Dit kan ertoe leiden dat de emissietest mislukt.
- Componentfalen: Hoge temperaturen van de uitlaatgassen kunnen ook bijdragen aan vroegtijdig falen van andere uitlaat- of interne motorcomponenten.
Problemen met een uitlaatgastemperatuursensor oplossen?
Om een defecte uitlaatgastemperatuursensor te diagnosticeren, kunt u de volgende stappen overwegen:
- Voer een elektronische test uit en lees de foutcodes uit met een diagnosetool.
- Controleer de verbindingen op tekenen van corrosie of losse verbindingen.
- Controleer de bedrading op breuken of schade die kortsluiting naar aarde kunnen veroorzaken.
- Controleer de sensor op vuilophopingen en reinig deze indien nodig met een schone, droge doek.
- Gebruik een apart IR-meetinstrument om de sensor te testen en vergelijk de meetwaarden met de realtime gegevens die met de diagnosetool zijn verkregen. Laat de motor draaien zodat de uitlaattemperatuur stijgt en vergelijk de meetwaarden.
- Meet de spanning op de sensorconnector met het contact aan en de EGT-sensor losgekoppeld – deze moet 5 V aangeven. Zo niet, volg dan de draad terug naar de ECU en controleer de apparatuur daar.
Hoe vervang ik een uitlaatgastemperatuursensor?
Als de uitlaattemperatuur defect is, moet deze worden vervangen. Volg hiervoor het volgende advies:
- Zoek de defecte sensor. De positie kan variëren afhankelijk van hun functie: vóór of na de turbocompressor, katalysator en DPF, en in het NOx-reductiesysteem.
- Koppel vervolgens de elektrische connector los en draai de sensor los met een dopsleutel. Let hierbij op dat u de omliggende onderdelen niet beschadigt.
- Bereid de nieuwe sensor voor door indien nodig anti-seize pasta op de schroefdraad aan te brengen. Ga voorzichtig te werk om beschadiging van het onderdeel te voorkomen.
- Monteer een nieuwe uitlaatgastemperatuursensor en koppelsensor volgens de aanbevelingen van de voertuigfabrikant.
- Sluit de elektrische connector en vervolgens de negatieve accupool weer aan.
- Sluit nu het diagnosegereedschap opnieuw aan en wis alle bijbehorende foutcodes.
- Zet het contact aan en controleer of het motorstoringslampje uitgaat en het uitlaatsysteem goed werkt.
- Voer ten slotte een proefrit uit.
Krijg volledige ondersteuning
MOOCAR — als toonaangevende exporteur ontwikkelen we continu baanbrekende sensor- en actuatoroplossingen om emissiebeheersing, brandstofverbruik en rijeigenschappen te optimaliseren. Naast bovenstaande onderdelen bieden we volledige ondersteuning op het gebied van data en marktinformatie.
